VVD Noord-Holland boos
over aankoop Noord-Hollandse stikstofvergunningen door Noord-Brabant
De VVD Noord-Holland
is boos over de aankoop van de provincie Noord-Brabant van stikstofvergunningen
van 2 Noord-Hollandse agrarische bedrijven. Woordvoerder Bas de Wit (Landbouw)
vindt deze actie onbegrijpelijk. "Als overheden wil je samen optreden in
de aanpak van de stikstofproblemen. Daar hebben we ons juist voor ingezet als
het gaat om landelijke consistentie in de beleidsregels Stikstof. Deze actie
gaat tegen het principe van samenwerking in. We moeten niet krijgen dat
provincies elders bedrijven gaan uitkopen om hun eigen economie te
bevorderen."
Stikstofproblemen zijn
urgent en zorgen voor onzekerheid bij ondernemers
Door de aankoop van 2
stikstofvergunningen in Noord-Holland wil de provincie Noord-Brabant ruimte
creƫren voor de industrie in Moerdijk. De stikstofruimte van 2 agrarische
bedrijven uit Noord-Holland wordt hiervoor dus gebruikt. Het voorbeeld toont
volgens De Wit dat het stikstofprobleem urgent is, en dat stikstofruimte sinds
de uitspraak van de Raad van State over de PAS een bijzondere waarde heeft
gekregen: "Agrarisch ondernemers zijn bang dat andere economische sectoren
hun stikstofruimte willen opkopen, en dat de agrarische sector daardoor steeds
meer verdwijnt. Daarmee zou een ongewenste strijd tussen economische sectoren
ontstaan. Deze actie van Noord-Brabant gaat voorbij aan de onzekerheid die
agrarisch ondernemers op dit moment ervaren."
Overheid moet het
hoofd koel houden
De solistische actie
van Noord-Brabant draagt volgens De Wit dan ook niet bij aan een oplossing.
Voor de VVD Noord-Holland is het van belang dat er vanuit het overleg tussen
provincies en de minister een gezamenlijke aanpak van de stikstofproblemen
komt. In deze aanpak moeten ook duidelijke regels worden gemaakt over het
zogenaamde extern salderen. De Wit: "Het is aan de overheid om juist in
onzekere tijden het hoofd koel te houden. Alle provincies hebben de plicht om
samen met een duidelijk beleid te komen. Dat geven wij ons college van
Gedeputeerde Staten dan ook mee."