Volgens het bestemmingsplan (1e herziening bestemmingsplan buitengebied, 2008)
geldt een goothoogte van maximaal 6,5 meter. Er is geen maximale nokhoogte of
bouwhoogte benoemd, maar er wordt gestreefd naar “een landelijke bouwvorm,
waarbij in het algemeen kan worden gedacht aan één tot anderhalve bouwlaag met
kap”. Ten aanzien van de binnen een bestemming toegelaten bouwwerken, werken en
andere gebruiksvormen, dient gestreefd te worden naar het in stand houden c.q.
tot stand brengen van de landschappelijke waarden van het buitengebied en van
de natuurlijke waarden van het buitengebied. Burgemeester en Wethouders kunnen
volgens het bestemmingsplan nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen
van de bebouwing. Hiervan hebben zij geen gebruik gemaakt.
Volgens het bezwaarschrift van de Vereniging Vrienden van ’t Gooi d.d.
17-01-2022 blijkt uit de bijlagen die onderdeel uitmaken van dit herziene
bestemmingsplan en van het oorspronkelijke bestemmingsplan uit 2005, dat op de
locatie slechts één landhuis gebouwd mag worden van maximaal 1000m2.
De Bouwverordening (Gooise Meren, 2016, Artikel 2.5.24) bepaalt dat de hoogte
van een vergunningplichtig bouwwerk, indien de maximale bouwhoogte niet in het
bestemmingsplan is opgenomen en ook niet expliciet uit de
bestemmingsplanvoorschriften kan worden afgeleid, niet meer mag bedragen dan 15
meter.
De verleende vergunning betreft echter een gebouw met 17 woningen en met een
hoogte van 36 meter. De VVD en de ChristenUnie maken zich zorgen over de
aantasting van de natuur en het landschap die deze hoogbouw in het natuurgebied
zal veroorzaken en hebben een aantal vragen aan het College van Gedeputeerde
Staten:
Vraag 1: Bent u door
de Gemeente Gooise Meren op de hoogte gebracht van de afgegeven
omgevingsvergunning?
Vraag 2: Bent u van mening dat het plan afwijkt van het bestemmingsplan
en de bouwverordening en daarmee leidt tot een aantasting van het NNN?
Vraag 3: Klopt het dat ook de oppervlakte van het NNN zal afnemen
doordat het plan (met hellingbaan naar de parkeerkelder) groter is dan het
bestemde bouwvlak?
Vraag 4: In de beschrijving van de kernkwaliteiten van BPL Het Gooi
staat o.a.: “Ruimtelijke ontwikkelingen die het contrast tussen besloten
bosgebied en open ruimtes in hoge mate verminderen of het groene karakter van
deze zones tussen de kernen verminderen zijn een aantasting van de
kernkwaliteit. Ruimtelijke ontwikkelingen die het ongerepte en groene karakter
van het ‘illusie’- landschap verminderen zijn ook een aantasting van deze kernkwaliteit.
Dit geldt bijvoorbeeld voor grootschalige bebouwing die boven de boomgrens
uitsteekt en zichtbaar is vanuit de open ruimten van de heidevelden of voor
bebouwing die niet goed is ingepast in de groene randen rond de kernen.” Bent u
van mening dat dit plan een aantasting betekent van de kernkwaliteiten van het
omliggende BPL Het Gooi?
Vraag 5: Klopt het dat het plan gezien de omvang en het aantal te bouwen
woningen (namelijk meer dan 11) valt aan merken als nieuwe verstedelijking?
Bent u van plan hieraan op deze locatie medewerking te verlenen of zijn
hierover schriftelijke afspraken gemaakt conform artikel 6.3 lid 1 van de
Provinciale Omgevingsverordening 2020?
Vraag 6: De provinciale ‘Leidraad Landschap en Cultuurhistorie’ stelt
over het Gooi o.a.: “Vanaf de heidevelden is er nauwelijks zicht op de
bebouwing. Er is sprake van een ‘illusielandschap’.” “Het ‘illusielandschap’
van Het Gooi met weinig zichtbare bebouwing op de heidevelden blijft intact.
Hoewel de helft van Het Gooi verstedelijkt is, is de beleving anders. Wandelend
en fietsend door bos en over hei ontstaat de indruk van een aaneengesloten
natuurgebied.” “Voor bebouwing direct aan de rand is de hoogte van de bomen en
de dichtheid van de beplanting van belang. Bouw aan de rand niet hoger dan de
‘boomgrens’ (ca. 15 meter). In de richting van het centrum van de kernen is
hogere bebouwing mogelijk, mits de bebouwing onzichtbaar blijft vanaf de
heideterreinen.” Bent u van mening dat de Leidraad als toetsingsinstrument
gehanteerd dient te worden en dat het vergunde plan hiermee in strijd is?
Vraag 7: Hebt U in het
voortraject overleg gehad met de gemeente Gooise Meren over deze
vergunningsaanvraag en hebt u de gemeente gewezen op de strijdigheid met
meerdere provinciale regels? Heeft dit geleid tot aanpassingen in de
vergunning?
Vraag 8: Bent u
voornemens om het provinciaal instrumentarium tegen dit plan in te zetten?
Graag uw toelichting hierop